Categories
Film

Mujeres al borde de un ataque de nervios – Pedro Almodóvar

Het oeuvre van Almodóvar beslaat een periode van 45 jaar, en bestaat uit meer dan 20 langspeelfilms en nog een 15-tal kortfilms. Dit is op zijn zachtst gezegd indrukwekkend. Des te meer als je weet dat hij als autodidact zijn eerste stappen heeft gezet in de filmwereld, nadat Franco de Nationale filmschool van Madrid had gesloten.

Grote doorbraak

Mujeres al borde de un ataque de nervios (1988) was de eerste commerciële en internationale succesfilm van Almodóvar. Hij won er veel Europese prijzen mee (o.a. 5 Goya Awards en een award in Venetië), en enkele nominaties in Amerika.

Ook in 2023 kan de film nog een volle zaal trekken. Fans moeten tijdig hun kaartjes kopen voor een quasi eenmalige vertoning in een niet-zo-commerciële cinemazaal.

Vrouwelijk en gevaarlijk

De hoofdpersonages in deze film zijn – uiteraard – vrouwen. Vrouwen die geconfronteerd worden met een relatiebreuk, ongewenste zwangerschap, bedrog, enz. Gebeurtenissen die hen radeloos maken en die leiden tot onbezonnen acties: slaappillen nemen, van het balkon springen, tot het willen vermoorden van de man die hen dit leed heeft bezorgd.

Almodóvar creëerde een heerlijke emotionele rollercoaster van extreem drama en humor. De actrices zijn zo verblind door hun eigen problemen, dat ze weinig ruimte hebben om elkaar te steunen, wat het drama alleen maar versterkt.

Het drama uit zich op vele manieren: gaande van subtielere uitingen als overdreven maquillage, ongevraagd relatieadvies over de intercom, tot meer extreme acties als brand stichten, achtervolgingsscènes, (zelf)moordpogingen, enz.

Maar in al deze scènes is humor nooit ver weg. Wanneer Carlos Candela terug op het balkon trekt na haar zelfmoordpoging, profiteert hij er zichtbaar van om haar achterwerk grondig te betasten. En de taxichauffeur die Pepa en Candela helpt om de ex-partner te achtervolgen, heeft werkelijk álles bij om zijn passagiers het leven aangenamer te maken, dus ook oogdruppels voor Pepa die net een glas gazpacho in haar ogen had gekregen.

Existentiële angst

Tot lang na de dood van Franco was in Spanje het katholieke geloof zeer dominant. De regisseur is geïntrigeerd door de impact van dit geloof op de denkwijze van de Spanjaarden. Hij toont dit door Bijbelse symboliek in zijn verhalen te verweven.

In de film heeft Pepa op haar balkon enkele huisdieren: eenden, vogels, konijnen… Twee van elke soort, zoals in de ark van Noah. Want ‘zo hoort het toch’. De vrouwelijke hoofdpersonages zijn allemaal bezeten door hun verlangen naar een trouwe levensgezel. De angst voor eenzaamheid is existentieel: hij maakt hen gek. Alleen zijn is een idee dat niet in hun wereldbeeld past.

Het is een eeuwenoud streven van de mens om samen met anderen te leven. De mens bestaat in relatie tot de ander. Maar in een zeer geïndividualiseerde samenleving, waar romantische (hetero)relaties de norm zijn, heeft de angst voor eenzaamheid disproportionele vormen aangenomen. Het drijft mensen tot waanzin.

Maar Pepa heeft – ondanks het bedrog van haar ex-partner – toch nog een zeker normbesef: hem vermoorden gaat nét te ver… Dan maar alle tranen laten lopen op de tonen van het dramatisch mooie Soy infeliz:

soy infeliz si porque tu no me quieres, piensas que yo he de morir
que me sirvan cuatro tragos cantinero yo los pago
pa’ calmar este sufrir

(Soy infeliz, Lola Beltrán)

Categories
Literature

El beso de la mujer araña – Manuel Puig

Dictatoriale regimes zijn intens verweven met de geschiedenis van heel wat Latijns-Amerikaanse landen. De Argentijnen hebben in de 20ste eeuw een lange reeks dictators moeten verwerken. In deze woelige context schreef Manuel Puig El beso de la mujer araña (1976), ofwel De kus van de spinvrouw. In Argentinië belandde het boek – wie zal het verbazen? – op de zwarte lijst.

Twee mannen opgesloten in een cel in Buenos Aires: deze zeer eenvoudige setting vormt het kader van een verhaal dat zich bladzijde na bladzijde opspant als een boog. Afgaand op hun verleden lijken de twee hoofdpersonages in niets op elkaar. Valentín Arregui is een rationeel persoon, politiek activist, om deze reden ook heel achterdochtig en gesloten. Hij is opgepakt wegens zijn afwijkende politieke ideeën. Molina daarentegen is spontaan en emotioneel, filmliefhebber, dromer en homoseksueel. Zijn arrestatie is een gevolg van deviant seksueel gedrag.

Deel één van het verhaal is een aaneenschakeling van scènes waarin alles draait rond ‘escapisme’. Beide personages proberen op hun manier de tijd te doden om niet gek te worden in de kleine cel. Valentín verdiept zich in politieke lectuur, Molina vertelt filmverhalen of dagdroomt erover. Het verhaal is integraal in dialoogvorm. De afwezigheid van een (alwetende) verteller die de lezer extra details verschaft, versterkt de eenzaamheid en afzondering van de personages, die enkel op elkaar aangewezen zijn.

Halverwege het boek wordt Molina een paar keer bij de gevangenisdirecteur geroepen. Uit de gesprekken blijkt dat Molina de keuze krijgt om eerder te worden vrijgelaten, op voorwaarde dat hij voor de gevangenisdirecteur Valentín bespioneert. Tezelfdertijd onderneemt ook Valentín pogingen om Molina voor zijn politieke ideeën te winnen: hij schroomt er niet voor om zijn heteroseksuele geaardheid hiervoor even aan de kant te schuiven. De gemoedelijke sfeer in de cel krijgt plots een geladen ondertoon. Wanneer Molina tot slot vervroegd wordt vrijgelaten, blijft de vraag wiens kant hij gekozen heeft, onbeantwoord. Zijn beslissing wordt pas duidelijk op de laatste bladzijden…

El beso de la mujer araña verdient, wat mij betreft, zijn status als klassieker in de Spaanstalige literatuur. Het boek laat zien hoe politieke en morele keuzes bepalen wie zijn vrijheid behoudt, of verliest. En ook hoe snel we van gedachten kunnen veranderen. Hoezeer we ook denken zelf verantwoordelijk te zijn voor onze overtuigingen, meer dan eens zijn het de omstandigheden die ons in de richting van de ene of de andere overtuiging duwen.

Categories
Literature

Wilde zwanen: drie dochters van China – Jung Chang

Over een tijdspanne van 69 jaar krijgen we het verhaal van drie generaties vrouwen te lezen. Van het feodale China uit de eerste helft van de 20ste eeuw, over het communistische China tot de dood van Mao in 1976 en de geleidelijke openstelling van de landsgrenzen.

De geslotenheid van het maoïstische regime wordt in het boek vaak versterkt door afgelegen, geïsoleerde of onherbergzame gebieden, zoals plattelands- of bergdorpen. Slechts aan het einde van het verhaal – wanneer Jung na de dood van Mao een taalstudiereis mag maken – bevinden we ons in een meer open klimaat, nl. dat van de havenstad Zhanjiang, waar contact met de buitenwereld (via Engelssprekende scheepslui) mogelijk is.

Onder de heerschappij van Mao waren de Chinezen via verblijfsregisters (en daaraan gekoppelde rantsoenen) steeds gebonden aan hun dorp of stad. Verhuizen van de stad naar het platteland kon wel, maar omgekeerd niet. Dit geografisch immobilisme verkleint de toekomstkansen van de gewone man: voor hem is het zo goed als onmogelijk om zijn levensstandaard te verbeteren of zich te ontwikkelen.

Daartegenover staat een relatieve sociale mobiliteit. De positie van de vrouw verbetert enigszins tijdens het communisme: de Chinese maatschappij evolueert van een volledige ondergeschiktheid van de vrouw (concubinaat, inbinden van de voeten om te voldoen aan een mannelijk schoonheidsideaal) naar een min of meer gelijke behandeling van vrouwen. De moeder van Jung wordt niet uitgehuwelijkt en bekleedt een tamelijk hoge functie in haar regio. Dit geldt weliswaar enkel voor Chinezen van goede afkomst; de boerinnen op het platteland krijgen nog steeds minder rantsoen dan hun mannelijke collega’s voor evenveel werk.

Wat cultuur betreft, kan de tegenstelling met het Westen niet groter zijn. De verheerlijking van het boerenbestaan onder Mao gaat gepaard met het cultiveren van onwetendheid. Er is sprake van mediacensuur, boekverbranding, vernietiging van historische monumenten, enz. De rijke Chinese cultuur wordt integraal vervangen door propaganda rond de figuur van Mao. Daar er geen contact is met de buitenwereld, wordt er dan ook nergens melding gemaakt van de culturele omwenteling die op datzelfde moment plaatsvindt in het Westen (bv. de Beat Generation die volop streeft naar intellectuele en seksuele vrijheid).

Het regime van Mao heeft vele levens geëist: naar schatting 70 miljoen. Wat Mao echter zo dubbelzinnig maakt, is het feit dat hij er nooit rechtstreeks op doelde om zijn volk uit te moorden. Zijn manier om het volk onder controle te houden, is het cultiveren van angst. Er is een zeer sterke sociale controle: elke Chinese burger die “afwijkt van de leer van Mao”, moet het ontgelden. Deze vage instructie heeft als gevolg dat er voortdurend persoonlijke vetes worden vereffend onder de vlag van Mao. Ook het onderwijs wordt onmogelijk, aangezien Mao intellectuele ontwikkeling veroordeelt als zijnde “het nastreven van superioriteit”, en dus een afwijking van zijn ideaal dat “iedereen gelijk moet zijn”.

Nu de sterfdag van Mao al 37 jaar achter ons ligt, kunnen we met een overschouwende blik terugkijken op deze periode uit de Chinese geschiedenis. De gruwel van de grote hongersnood en de persoonlijke afrekeningen behoren tot het verleden. Maar geldt dat ook voor de andere aspecten die we zojuist aanhaalden? Neen. Het is akelig te moeten vaststellen dat er best wel wat parallellen zijn met de actualiteit anno 2013. Censuur en het cultiveren van onwetendheid gaan door: dictatoriale overheden die de kritiek op hun beleid niet verdragen blokkeren sociale media (China, Egypte…), historische klokkenluiders kunnen niet meer vrij bewegen (Assange, Snowden…), crisistijden worden aangegrepen om sociale rechten af te bouwen (financiële crisis)… en o ja, Wilde zwanen is nog steeds verboden lectuur in China.